vrijdag 29 januari 2010

Collectiemanagement II

Centralisatie

Het collectiebeheer in onze bibliotheken is sterk veranderd in de loop der jaren en we mogen verwachten dat er nog veel veranderingen op ons af komen.
Er is sprake van een sterke centralisatie-tendens. De instrumenten om de aanschaf en het beheer centraal uit te voeren, zijn er of worden (verder) ontwikkeld.

Als je vroeger aanschafbeslissingen moest nemen, deed je dat met de aanschafinformatie (ai) en een bijsluiter (een kaartje waarop de verschillende drukken van een titel waren aangegeven).

Tegenwoordig kun je met een druk op de knop meer informatie over een bewuste titel (of een andere) oproepen uit de catalogus oproepen, dan we toen durfden te dromen.

We houden overzicht van onze uitgaven in excel. Dit is nog nodig, omdat Bicat dit nu nog niet voldoende exact aanbiedt om een actueel en betrouwbaar overzicht te kunnen tonen. Maar ik verwacht dat dit in de nabije toekomst wel zo ingericht wordt, dat we niet meer een apart overzicht hoeven bijhouden.

In ons aanschafbeleid kunnen we sterk leunen op de maandelijkse collectieoverzichten die we kunnen produceren. Jaarlijks kijken we ook wat we precies hebben besteed aan de diverse onderdelen (dat halen we uit Bicat) en ook op grond daarvan stellen we budgetten voor collectieonderdelen bij.

Voor saneren zijn we nog sterk aangewezen op de kennis en kunde van de collega's/teamleiders in de vestigingen. Dit is nog steeds een arbeidsintensief proces, waar ook heel veel kennis en kunde bij komt kijken. Je kunt van elk boek de uitleengeschiedenis achterhalen in bicat - en dat gebeurt veelal ook voor elke afschrijfbeslissing. Maar dat wil nog niet zeggen dat je dit iedereen kunt laten doen. In onze huidige aanpak zijn we daarbij nog steeds aangewezen op mensen die vanuit hun intuitieve kennis van het vak - daar goed mee om kunnen gaan. We helpen en stimuleren elkaar daarbij wel, om dit arbeidsintensieve proces telkens de aandacht te geven die het verdient. We willen graag actuele collecties, maar het tijdrovende karakter van deze werkzaamheden staat voldoende investering in deze activiteit ook nog wel eens in de weg.
We denken wel eens in de richting een saneerteam dat de vestigingen langsgaat. Dan kun je ook kennis bundelen. Om dat goed te organiseren en op die manier voldoende energie en regelmatige aandacht op dit terrein te realiseren, het is ons nog niet overtuigend gelukt.
Maar we zoeken verder.

Vroeger was het zo dat je als bibliothecaris in een kleine bibliotheek zelf je aanschaf moest doen - want er was niemand die je klanten zo direct en zo goed kon bedienen als jij.
Tegenwoordig kunnen we dit gerust overlaten aan een enkele specialist die dit voor een aantal vestigingen doet. Zo iemand kan met de instrumenten die er nu al zijn - en nog beschikbaar komen - beter werk leveren dan we dat vroeger voor mogelijk hadden gehouden. Al besef ik maar al te goed dat je de tijden van vroeger niet zomaar kunt vergelijken met nu, we werkten toen vanuit een andere filosofie en met een ander instrumentarium.